Sprinters XL hoe verschillen ze met gewone Sprinters?

Na het succes van ING met de Sprinters (en het succes van concurrenten ABN Amro en RBS met de vergelijkbare Turbo’s), kwam ING in 2011 met iets nieuws, de sprinter XL. In het kort zijn dit vergelijkbare producten als de originele Sprinters (en Turbo’s), maar net als de ‘super’ versie van de Turbo (de boosters) zorgt de sprinter XL voor een nog grotere hefboomwerking.

Sprinters XL hebben veel van dezelfde eigenschappen als gewone Sprinters:

  • Het zijn afgeleide producten, gebaseerd op een onderliggende waarde.
  • Het is beleggen met (grotendeels) geleend geld; de bank financiert een groot gedeelte van de aanschaf van de onderliggende waarde voor.
  • Door de geringe inleg en voorfinanciering door de bank is er sprake van een hefboomwerking.
  • Door de stop loss kunt u nooit meer dan uw inleg verliezen.
  • Sprinters XL zijn normaal gesproken liquide en continue verhandelbaar op de beurs tegen dezelfde tarieven als aandelen.

Verschillen tussen normale Sprinters & Sprinters XL

Er zijn echter ook een paar belangrijke verschillen tussen de gewone Sprinters en de Sprinters XL.

  • Sprinters XL hebben een vervaldatum
  • Sprinters XL hebben doorgaans een grotere hefboom
  • Sprinters XL hebben een stop loss welke gelijk is aan het financieringsniveau
  • Sprinters XL voeren geen wijzigingen in het financieringsniveau of stop loss order in gedurende de looptijd
  • Sprinters XL verwerken de financieringskosten en dividend al in het oorspronkelijke financieringsniveau
  • Sprinters XL zijn wat minder transparant in de prijsvorming

Ten eerste hebben Sprinters XL geen oneindige looptijd, zoals gewone Sprinters maar een vervaldatum waarop ze automatisch worden beëindigd en u de restwaarde krijgt uitgekeerd (de afwikkeling hiervan kan een paar dagen duren). De vervaldatum in doorgaans de laatste vrijdag van de maand.

Het moet gezegd, gewone Sprinters hebben soms ook niet het eeuwige leven. Als de koers van de onderliggende waarde zich in voldoende mate tegen een sprinter keert kan de stop loss worden geactiveerd, waardoor ook de in principe oneindig lopende Sprinters worden geliquideerd.

Ten tweede hebben Sprinters XL doorgaans een grotere hefboom werking. Dit is ook precies de bedoeling, het zijn eigenlijk een soort termijncontracten voor de kleinere belegger, met minder risico’s. Hoe komen ze aan die grotere hefboom? Dat is niet zo ingewikkeld, we halen de basisformule (afgezien van eventuele valuta en ratio effecten) voor de hefboom erbij:

  • Hefboom = Referentiekoers/(Referentiekoers – Financieringswaarde)

Ter herinnering, de referentiekoers is de koers van de onderliggende waarde ten tijde van de aanschaf van de sprinter. U ziet meteen dat hoe dichter de referentiekoers bij de financieringswaarde ligt des te kleiner de teller, des te groter de breuk en dus des te groter de hefboom.

Simpel gezegd komt het er op neer dat des te meer de bank de onderliggende waarde financiert ten tijde van de Turbo aanschaf (met de koers van de onderliggende waarde als referentiekoers), des te groter de hefboom. Ofwel, hoe meer u van de bank leent des te groter de hefboom, niet zo verrassend, dus.

Om de hefboom van Sprinters XL te vergroten financieren banken dus een groter gedeelte van de aanschaf van de onderliggende waarde. Echter, we weten dat gewone Sprinters een stop loss hebben wat een paar procent boven (of onder, in het geval van Sprinters short) de financieringswaarde liggen.

Als de stop loss orders ook bij Sprinters XL hoger dan de financieringswaarde zouden worden ingelegd dan zou er wel bijzonder weinig marge over kunnen blijven tussen de koers van de onderliggende waarde en de stop loss. Zelfs een betrekkelijk milde fluctuatie van de koers van de onderliggende waarde zou de stop loss kunnen activeren, waardoor u een groot gedeelte van uw inleg kwijt speelt.

Dat zou ongelukkig zijn. Fluctuaties hoeven niets met de onderliggende waarde zelf van doen te hebben, een geringe marktcorrectie zou al voldoende kunnen zijn. Om dit risico te beperken legt de bank de stop loss op het financieringsniveau, zodat er wat meer speelruimte is tussen de koers van de onderliggende waarde en de stop loss, en de kans op onverhoedse activering van de stop loss wordt zo verkleind.

Echter, hier betaalt u wel een prijs voor. Wordt de stop loss geactiveerd, dan ontvangt u geen enkele restwaarde, de stop loss is immers gelijk aan de financieringswaarde, waardoor de opbrengst van de verkoop geheel naar de bank gaat. Het is op dit moment ook opportuun om u nog aan iets anders te herinneren:

  • De hefboom ligt pas vast op het moment van aanschaf

Dit is ook de reden waarom we zeggen dat Sprinters XL doorgaans een grotere hefboom hebben. Wat de hefboom bepaald is het verschil tussen de referentiekoers (de koers van de onderliggende waarde op het moment van aanschaf) en de financieringswaarde.

U kunt best een gewone sprinter vinden waar, door daling in de koers van de onderliggende waarde, deze dicht bij het financieringsniveau is komen te liggen, waardoor er een grote hefboomwerking ontstaat. Wel is het zo dat bij gewone Sprinters de stop loss in dat geval nog dichter bij de referentiewaarde ligt, hetgeen de risico’s op executie van de stop loss vergroot.

Beleggen in Sprinters: Dividend, wisselkoers, financieringskosten van Sprinters XL

Eventueel dividend en financieringskosten zijn al verwerkt in het financieringsniveau, dat blijft dus constant. Eventuele wisselkoerseffecten, als de onderliggende waarde in een andere valuta genoteerd staat, worden op gebruikelijke wijze verwerkt. Een stijging van de valuta waarin de onderliggende waarde is genoteerd (bijvoorbeeld Amerikaanse dollars voor Sprinters XL op Amerikaanse aandelen).

Een stijging van de dollar ten opzichte van de euro zal in dat geval de onderliggende waarde in euro’s doen stijgen, en daarmee de sprinter XL long. Een sprinter XL short wordt dan juist minder waard. Omgekeerd, als de dollar daalt, daalt ook de onderliggende waarde (in euros), waardoor een sprinter XL long houder slechter af is en een sprinter XL short juist beter af.

Dan is er ook nog de ratio voor het geval de onderliggende waarde grote getallen bevat, zoals bijvoorbeeld met de AEX beursindex, welke op bijna 330 staat. Om de prijs van de Sprinters XL (evenals de gewone Sprinters) hanteerbaar te houden zijn er meerdere Sprinters nodig om de volledige veranderingen in de onderliggende waarde te volgen. Hoeveel, dat geeft de ratio aan.

Bijvoorbeeld, Sprinters XL op de AEX hebben een ratio van 10, dat wil zeggen dat u 10 Sprinters XL nodig heeft als u de hele koersstijging (van bijvoorbeeld 330 naar 340) had willen cashen. Maar u kunt ook gewoon één sprinter XL kopen, u krijgt dan 1/10 van de koersstijging, maar in percentages maakt dit niets uit. De bedragen waarin u handelt, wint en verliest zijn alleen kleiner maar de percentages koerswinst en verlies blijven uiteraard hetzelfde.

De waardebepaling van de Sprinters XL is wel wat gecompliceerder vanwege de vervaldatum, maar daar gaan we een volgende keer op in.

Geschreven door BeursProf Beleggenstips. BeursProf is een initiatief van een groep enthousiaste academici met passie voor de beurs en beleggen.

Comments are closed.